GOEDENAVOND DAMES EN HEREN 

dramaserie Omroep Max _ 7.4.'2015

MAX neemt de kijker mee terug in de tijd. 

Eerder al met:  'Mama, ik wil bij de revue'

en nu weer met:  'Goedenavond dames en heren'.

      De twee afleveringen die ik gezien heb, zijn 

      gesitueerd in 1963. 

      De biotoop is de televisie  

      en de dramaturgie een flut verhaaltje met 

      clichés zo dik als de bijbel en een bij elkaar  

      gefantaseerd beeld over televisie en de  

      makers van destijds. 

      De programmadirecteur die wordt opge- 

      voerd is een idiote sjacheraar wiens grootste 

      en belangrijkste opdracht het lijkt te zijn om de  

      aankoop van het 250.000e televisietoestel te 

      vieren met het bij elkaar brengen van een  

      truttig, uiteengespat zangduo. 

      (Wel verrukkelijk gespeeld.)

De screentest in aflevering 1, slaat werkelijk nergens 

op. De regisseur is een blinde talentloze  

gepreoccupeerde banketbakker, die ook niet kan luisteren. 

De betere kandidate wordt afgekapt en weggestuurd 

maar... uiteindelijk als beste gekozen.(?!)  

In aflevering 2 wordt ze gecoacht in spreken, door  

met open mond de tongtwister: ‘Liesje leerde Lotje 

lopen langs de lange Lindelaan...’ uit te spreken. 

Wat een kinderachtige onzin! 

Als de acteur, (en Peter Blok is natuurlijk een goeie  

acteur) dat van de regisseur zo moest spelen, dan doet  

‘ie een wereldjob. Maar ook dan blijft het een grove  

verkleutering en vervalsing van de toenmalige 

werkelijkheid.  

Ik weet er iets van, omdat ik zelf in die tijd samen 

met Roelof Kiers (Google maar eens) op eigen 

verzoek een maar maanden continuety-regie heb 

gedaan. (voor de wat jongere lezers: continuety-regie  

omvatte alles met betrekking tot de presentatie van 

een  uitzendavond. Teksten voor de omroepster, 

beeld- illustraties en graphics.) 

Wellicht uit praktische overwegingen of misschien 

wel uit gemakzucht zijn de redactieburelen in 

'Goedenavond dames en heren' vastgeplakt  

aan de studio.  

Onzin! 

Geen enkele omroep had de burelen in of aan een 

Studio. Ja, radiostudio, maar geen televisiestudio. 

...en waarom ligt Hilversum in Leiden en heeft het 

plotseling grachten? 

Geschiedvervalsing! 

Belangrijk? 

Ja! Het zijn in zeker opzicht details, maar de  

manipulatie van veel details creëert een vals beeld.  

Typerend voor het niveau waarop deze serie 

is aangepakt, is de vertolking van de tijdgeest door 

de Selvera’s , het repertoire van Gonnie Baars

Dappere Dodo, Flip de tovenaarsleerling,  een  

vleugje Peyton Place een agressieve, bozige  

Dr. Moerman, (de omstreden alternatieve huisarts  

en duivenmelker die meende op basis van duivenvoer  

en wat supplementen, kanker te kunnen genezen) 

en een recept voor aalbessentaart op de radio. 

Een treurigmakende, eenzijdige selectie uit een 

grabbelton vol truttigheid. Het was het jaar van  

een barre winter, met een legendarische Elfstedentocht

De wereld stond radeloos, hopeloos en onmach- 

tig stil bij de moord op John F. Kennedy. 

Het was een periode waarin we net ‘Open het Dorp’, 

achter de rug hadden. 

Waarin  Leen Timp en  Pierre Janssen in  

‘Kunstgrepen” het publiek op fenomenale wijze kennis 

lieten maken met kunst. 

Er was prikkelend drama van Walter van der Kamp, 

Willie van Hemert, Eimert Kruidhof. 

De schrijvers Hella Haasse, Harry Mulisch, Victor van 

Vriesland en  Godfried Bomans, verrasten en amuseerden 

in het buitengewoon geestige panelprogramma:  

‘Hou je aan je woord’ . 

Ik moet denken aan  Ger Lugtenburg,  programma-

directeur bij de Avro , inspirator en animator van nieuwe 

programma’s en van jonge regisseurs, zoals  Roelof Kiers 

en ikzelf. Jef de Groot ontwikkelde met Ton van Duinhoven 

en schrijvers als Hugo Claus, Bernlef en Remco  Campert 

de literaire Show. 

‘In 1963 begon de  Vara op voorspraak van Mies Bouwman 

een eigen versie van het BBC format: ‘This was the week 

that was’ .  

Schrijvers, columnisten, journalisten, opinionleaders als: 

Joop van Tijn, Jan Blokker, Dimitri Frenkel Frank, Rinus 

Ferdinandusse, Peter Lohr en  Gerard Reve, schudden 

Nederland op in: ‘Zo is het toevallig ook nog ’s een keer’.

‘Goedenavond dames en heren’ , is gemaakt 

op de hurken. Het begint met een omroepster die 

op kinderlijke toon de avond besluit met het  

zwaaien naar de kijker, zoals omroepster  

‘Tante’ Hannie’ (Lips) dat deed naar de kleuters. 

Het debiliseert televisie anno 1963 tot het flutterige  

kinderlijke niveau van: Swiebertje, Rikkel Nikkel en 

Dappere Dodo.

Wat een geweldige kans om van romantiek, 

tijdgeest en geschiedenis een ontroerende, 

reflecterende, nostalgische en geestige symbiose  

te maken. 

In ‘Goede avond dames en heren’ , draait de  

dramaturgie echter om een onnozel verhaaltje. 

‘De ene dochter van de kapper die graag wil,  

wordt het niet, maar de andere dochter, die  

’t eigenlijk niet interesseert, wordt de nieuwe 

omroepster.’ 

Vader, een chagrijnige conservatief, vindt dat 

natuurlijk allemaal maar niks.  ('Mijn dochters  

gaan niet achter een raam zitten. Welk raam dan ook.) 

Verder nog wat strooigoed van een paar jongens  

rond de dochters, een broer van de kapper die  

programmadirecteur is bij de televisie en een  

gesjeesd zangduo. 

Het is net zo boeiend als de geboorte van de  

vla-flip. 

Van mijn eigen briljante kapper Rob Sweers

die tevens expert is op het gebied van vintage 

Opel's, hoorde ik dat de oldtimers die in de serie  

voorkomen, historisch verantwoord zijn en 

ergens las ik uit de mond van de auteur, dat 

hij bij het schrijven ook gelet heeft op het  

toenmalige taalgebruik. 

Het woord ‘teener’, kende men destijds nog  

niet. In 1963 zei men, aldus zijn research:  

‘teenager’

Als de energie die is gestoken in het reproduceren 

van precies en verantwoord taalgebruik zich 

door zou zetten in een representatief beeld  

van de televisie en het erfgoed, dan zou het  

wellicht nog een leuke serie kunnen worden. 

Maar ja, gisteravond bagatelliseerde ‘Benno’ 

een probleem tot een ‘appeltje/eitje’

Nou, in 1963 lagen de ‘appeltje/eitjes’ nog  

verscholen in toekomstig taalgebruik en echt  

niet in de mond van het toenmalig woordgebruik. 

Ik blijf alert en houd jullie op de hoogte van 

dit pruttelpotje op het petroleumstel van MAX. 

Bob Rooyens 

7.4.'15