Circus Rens.
Geinig ventje, Peter Jan Rens.
In 1989, Joop van den Ende was net gestruikeld over TV 10
en door de Nederlandse omroepen ‘kalt gestellt’, vroeg John
de Mol mij of ik een speciale ‘Doet’ ie’t of doet ‘ie ’t niet’ wilde
maken.
Het programma was gekoppeld aan een loterij en diende
landelijke aandacht te genereren voor het werk van
‘Humanitas’. Tot dan toe was ‘Doet’ ie ‘t geheel in
overeenstemming met het toenmalige zelfbeeld van de Mol,
een mager tribuneshowtje.
Ik nam mijn eigen vormgevers en technische crew mee en
veranderde het tribuneshowtje in een echte televisieshow.
De Mol stond erbij en kon zijn ogen niet geloven. Joop lag
op z’n rug en hij was toegetreden tot de crème van de
Nederlandse showbusiness.
(Later volgden nog ‘Loveletters’ en de “100’.000 Show’ maar
daarover bij een andere gelegenheid meer.)
Peter Jan Rens zei tegen mij, dat hij het altijd al zo gewild
had maar dat de Mol zijn visie nooit begrepen had.
Willem Ruis was al een paar jaar dood en niemand had
gezien dat hij P.J. Rens het in zich had om die leegte te
vullen. Nou kon ik vrij makkelijk de verschillen zien, omdat
ik bij de laatste serie Sterrenshows als regisseur intensief
met Willem had samengewerkt.
De Mol vroeg of ik, na de Humanitas show, ook de komende
serie Doet ‘ie ’t zou willen regisseren. Ik stond niet te
dringen. John wel. De persoonlijke verhoudingen waren in
die tijd goed. Dat daar alleen een zakelijke afweging aan ten
grondslag lag, realiseerde ik me toen niet. Voor mij waren de
persoonlijke verhoudingen doorslaggevend om toe te
stemmen.
2 Seizoenen heb ik het programma gemodelleerd en
geregisseerd. Peter Jan bedong bij de Mol, dat hij nu ook in
navolging van Willem Ruis, mocht stralen in
productienummers. Zingen, dansen het circus Rens zou de
showbusiness verrijken met zijn nog onbekende talenten.
Vaak tenenkrommende ellende die overeind bleef,
omdat choreografie en beeldtaal palen sloegen die
voorkwamen dat P.J. omviel.
Tijdens gezamenlijke maaltijden met de staf, bleek dat het
zelfbeeld van Peter Jan soms groter was dan zijn hersens
aankonden. Hij schoolmeesterde gretig zijn gehoor met
wijsheden en opvattingen waaruit je de lucht hoorde
ontsnappen als een stiekem gelaten windje. Sommigen
roken het niet, anderen wilden het niet ruiken en
bejubelden het windje als een verrukkelijk parfum.
Je kon in zijn ogen zien, dat hij zelf niet meer wist waar hij
het over had. Toch zag hij kans om anderen te laten geloven
in een verhaal, waarover hij onderweg de controle al was
kwijt geraakt.
Peter Jan was voor zichzelf en voor het incestueuze kliekje
om hem heen het epicentrum van de wereld.
Een gladde praatjesmaker, een fysiotherapeut met woorden
wiens showtalenten niet groter waren, dan de plastic
bekertjes, plastic ballen en luchtballonnen die John de Mol
in zijn programma’s recyclede.
Nadat ‘Doet ‘ie ‘t’ ter ziele was gegaan, heeft de Mol en
misschien ook wel anderen het circus Rens nog op allerlei
concepten losgelaten. Ik herinner mij een tragische
talkshow. Niets beklijfde. Lege praatjes bleken ook niet meer
te zijn dan lege praatjes. Het circus verdween naar Thailand.
Over allerlei kunstjes die hij daar heeft vertoond wemelt het
van verslagen en geruchten op het internet.
Nu is het circus terug en vindt hij met een nieuw nummertje
luchtfietsen serieus entré bij kranten, bladen, radio en
televisie. Het is crisis, op Schiphol valt een Boeing 737 in
stukken op de polderbaan, het is nog volop winter maar in
de media is de komkommertijd al begonnen.
Bob Rooyens
25.2.’09